Het land van de doeners in De Zevende Dag

Naar aanleiding van de campagnelancering nodigde De Zevende Dag Gwendolyn Rutten uit om terug te blikken op de afgelopen week. Ze ging wat dieper in op de boodschap achter de campagne en lichtte de partijvisie toe met betrekking tot het recente loonakkoord en de koopkracht in ons land.

‘Welkom in het land van de doeners.’ Deze boodschap was op zaterdagochtend in koeien van letters te lezen langs de Nederlandse autosnelweg. De liberale voorzitter heeft het over een ode aan alle doeners: ‘De campagne is een eerbetoon aan wie van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat in de weer is. Het zijn onze doeners; onze ondernemers, verpleegsters, sportcoaches, leraren, vrijwilligers, bouwvakkers, mantelzorgers,… die ons land groot maken.’

Al snel wordt duidelijk dat ook ambitie een kernwoord wordt in de komende campagnemaanden. De lat mag hoger voor de Vlaamse liberalen. ‘We hebben er niet toevallig voor gekozen om de aftrap in Nederland te geven. Er heerst steeds een gezonde rivaliteit tussen ons land en onze noorderburen. We moeten zeker niet onderdoen, maar we moeten wel toegeven dat Nederland er beter in slaagt om mensen aan het werk te krijgen. We moeten ook hier voor goud durven gaan’, benadrukt Gwendolyn Rutten.

 

Wanneer men wat dieper ingaat op de actuele koopkrachtdiscussie, wordt al snel duidelijk dat minder lasten nog steeds een topprioriteit is voor de blauwe partij. ‘We hebben de economie uit het slop gehaald en jobs gecreëerd, nu willen we ervoor zorgen dat mensen hun deel van de koek krijgen. Daarom leggen wij opnieuw extra netto op tafel. Dat is goed voor onze koopkracht en de competitiviteit van ons land.’

Natuurlijk komt ook de recente discussie met betrekking tot de versoepeling van het SWT aan bod. De liberale voorzitter herhaalt dat het goed is dat er nu eindelijk een loonakkoord is, maar dat ze niet zullen instemmen met SWT op 58 jaar. ‘We werken graag mee aan goede loonakkoorden waardoor mensen meer loon overhouden. Maar mensen afschrijven op 58 jaar? Dat kunnen we niet goedkeuren.’