
11 aug Speech naar aanleiding van de Nationale Feestdag op 21 juli 2021
Toespraak naar aanleiding van de nationale feestdag 21 juli 2021, stadspark Aarschot.
Vandaag, 190 jaar geleden, legde Koning Leopold I de eed af als eerste Koning der Belgen.
Hiermee was de nieuwe Belgische staat een feit. De eedaflegging was een eindpunt na een jaar van revolutie. Een opstand die begon in de Opera, eindigde met een nieuwe, vooruitstrevende grondwet die rechten en vrijheden van burgers centraal zette.
Vrijheid voor iedereen was destijds een revolutionair begrip. Het was nieuw en ongekend – en heeft voor heel wat vrijheden nog jaren geduurd voor ze ten volle tot hun recht konden komen.
De voorbije decennia zijn wij die vrijheid vanzelfsprekend beginnen te vinden. Vrij om te gaan en staan waar we willen, om ons te verenigen, om onze mening te uiten, vrijheid van onderwijs, van ondernemerschap… Het leek allemaal zo evident.
Maar dat is het niet.
Het voorbije jaar werden we met de neus op de feiten gedrukt. Onze vrijheid is kostbaar en fragiel. En alles behalve verworven.
De corona-pandemie die we sinds anderhalf jaar meemaken, zette onze wereld op z’n kop. Er kwamen maatregelen die tot voor kort compleet ondenkbaar leken.
Niet langer gaan en staan waar we wilden.
Onze geliefden niet mogen knuffelen.
Geen afscheid kunnen nemen wanneer iemand sterft.
Geen feest kunnen vieren bij een huwelijk of de geboorte van een kind.
Je zaak niet mogen openen,
Thuis werken en collega’s soms maandenlang niet zien,
Niet naar school kunnen gaan…
Het lijkt ondenkbaar, zelfs maar om het hier vandaag, in een officiële toespraak uit te spreken.
En toch is het gebeurd en hebben we dit allemaal doorstaan.
Een jaar geleden stonden we hier ook.
We hadden toen net de eerste golf achter de rug en we droegen de hoop in onze harten.
Maar het najaar en de winter waren genadeloos.
Het virus sloeg nog harder toe dan de eerste keer.
Vooral de ouderen en meest kwetsbaren waren daarvan het slachtoffer.
Onze gedachten gaan vandaag dan ook uit naar al wie iemand verloren is aan de gevolgen van Corona.
Aan alle mensen van wie we in deze pandemie afscheid hebben moeten nemen, ook in de woonzorgcentra.
Ook hier in Aarschot is het ons helaas niet gelukt om het coronavirus buiten te houden.
In de Woonzorgcentra Sint-Jozef in Rillaar, Demeroase, Poortvelden en Sint-Rochus is met man en macht geprobeerd het virus te verslaan.
In Sint-Rochus was de tol hoog.
Het virus kwam binnen als een sluipmoordenaar en sloeg genadeloos toe. Bewoners werden ziek en stierven. Personeelsleden, verplegers en zorgenden riskeerden zetten hun eigen gezondheid op het spel.
Het virus trof eerst de afdeling De Statie. Dat is de afdeling voor mensen met dementie.
Daarna ging het onzichtbaar snel.
Personeelsleden kregen het zwaar te verduren.
Velen werden ziek, enkelen zijn tot op vandaag nog niet volledig hersteld.
Ons hart en onze dankbaarheid liggen bij hen.
Want dankzij samenwerking en onvermoeibare inzet van het personeel, van vrijwilligers, van defensie, van de stadsdiensten, van het Rode Kruis van de lokale horeca kwamen we er uiteindelijk wel door.
In tijden van nood komt beste in mensen naar boven.
Dat hebben we in Aarschot het voorbije jaar gezien.
Sabine Schoolmeesters zal zo dadelijk namens de Woonzorgcentra van Aarschot, en in het bijzonder WZC Sint-Rochus een woord van dank uitspreken.
En Bart, de hoofdverpleegkundige van de zwaar getroffen afdeling De Statie, vertegenwoordigt Aarschot vandaag in onze hoofdstad. Hij is uitgenodigd om mee te vliegen in colonne, in de Falcon 7X tijdens het militaire défilé. Bart, de stad is trots op je, geniet van dat bijzondere moment.
Een bijzondere vermelding en woord van dank is op mijn plaats voor de mensen van Defensie, hier vandaag ook aanwezig.
Toen de nood het hoogst was, was hun redding nabij. Ik vergeet nooit het moment van dat eerste overleg, waarbij Defensie met ons aan tafel ging om te kijken hoe er kon geholpen worden. Accuraat en tot he point – zonder zever zoals wij dat hier zeggen. Binnen de 24u stonden de manschappen klaar om te helpen op de zwaarst getroffen afdeling. En toen de uitbraak hier onder controle was, trokken ze weer verder, elders in het land, om daar te helpen.
Ik ben dan ook bijzonder vereerd om jullie vandaag in ons midden te hebben. Uiteraard heeft de landsverdediging op de nationale feestdag hier een vaste plaats. Maar deze keer zijn ook de vertegenwoordigers van het 14de Medische Bataljon dat Aarschot heeft bijgestaan, hier aanwezig. Adj-Majoor Bart Ongena zal zo dadelijk even het woord nemen, maar bij deze alvast een welgemeende dankuwel.
Dames en heren,
Bij het begin van dit jaar, 2021, kwam er dan eindelijk licht aan het einde van de tunnel.
Dankzij wetenschap en technologie, dankzij het feit dat de knapste koppen van de wereld allemaal voor eenzelfde doel aan de slag gingen, lag er in een recordtempo een vaccin op de tafel.
Sindsdien zijn we met man en macht aan het werken om iedereen te vaccineren.
Dat is een gigantische operatie, nooit gezien in vredestijd.
Toen we rond de jaarwisseling met een kleine groep een plan uittekenden voor een vaccinatiecentrum in Aarschot, konden we niet vermoeden wat voor succes dit zou zijn.
De stadsfeestzaal werd op een mum van tijd omgebouwd tot een medisch centrum, waar ondertussen duizenden mensen uit Aarschot, Tielt-Winge en Begijnendijk een vaccinprik gekregen hebben.
In Aarschot is bijna de helft van de mensen nu volledig gevaccineerd. 74 procent van onze bevolking heeft ondertussen minstens één prik gehad. We zijn een van de weinige centra in het land die alle doelstellingen halen. Er werken 78 medewerkers en vrijwilligers, telkens in 3 shiften en 4 lijnen. Nu de volwassen bevolking bijna volledig aan de beurt is geweest, worden ook jongeren ingeënt. Dat is ontzettend belangrijk met het oog op de heropening van de scholen in september.
Deze krachttoer is alleen mogelijk dankzij samenwerking en de inzet van iedereen. Het is hartverwarmend om te zien hoe vlot en vriendelijk dit allemaal loopt. Hoe goed de Aarschotse bevolking haar best doet ook. Het maakt van mij een bijzonder trotse burgemeester.
En daarom, op deze nationale feestdag, uit de grond van mij hart : een dikke merci!
Alleen een vaccin, alleen de bescherming tegen het virus, kan er voor zorgen dat we onze vrijheid terugkrijgen.
Dat de maatregelen, die ondenkbaar waren, en die we toch hebben ondergaan, zich nogmaals herhalen.
Ik zal er alles aan doen om dit nooit meer mee te moeten maken.
Laten we de terugkeer van onze vrijheid koesteren zodat ze nooit nog door onze vingers glipt.
Dames en heren,
Ik besef dat ik lang aan het spreken ben. Maar er is dit jaar ook ontzettend veel gebeurd.
Toen we de voorbereidingen deden voor deze dag, wilden we er een groot feest van maken.
Mensen opnieuw laten genieten van elkaars gezelschap, van samenzijn, van muziek en cultuur…
Vandaag weten we dat we nog steeds voorzichtig moeten zijn.
We zijn er bijna, maar nog niet helemaal.
Toch doet het deugd om elkaar weer te zien, om muziek te horen klinken, om een glas te kunnen heffen of een frietje te steken.
IN plaats van een uitbundig feest, vieren we vandaag nog steeds ingetogen.
U weet waarom.
De voorbije week werd ons land getroffen door misschien wel de ergste natuurramp in onze geschiedenis.
In grote delen van Franstalig België, Limburg en Vlaams-Brabant sloeg het water genadeloos toe.
Levens zijn verwoest, mensen zijn omgekomen of vermist.
De ravage is enorm.
Er zal nog weken, maanden en misschien zelfs jaren moeten gewerkt worden om deze ravage achter ons te laten.
We zijn in Aarschot solidair met iedereen die slachtoffer is van wateroverlast.
Helaas weten wij hier wat de strijd tegen het water betekent. Gelukkig zijn we gespaard gebleven van de verwoestingen die elders hebben plaatsgevonden. De ingrepen en voorzorgsmaatregelen hebben hun werk gedaan en mede daardoor viel de overlast mee, zelfs al viel er hier bij ons meer neerslag dan in het vermaledijde jaar 1998. De mensen die ook hier weer getroffen zijn, proberen we zo goed mogelijk bij te staan. Brandweer, stadsdiensten en heel veel helpende handen staan paraat.
Gisteren brachten we tijdens een ingetogen plechtigheid op de Grote Markt hulde, met een loeiende sirenes en een minuut stilte. We deelden mee in de nationale rouw.
Ons werk is nog niet af.
We moeten volhouden en doorzetten om water de plaats te geven waar het hoort.
Niet in huizen en kelders, maar in de grond, in de waterlopen en hun natuurlijke overstromingsgebied. Ook vandaag nog zijn we volop bezig met de waterbeheersing van water dat vanuit Oostelijke gebieden in de Demer terecht komt.
De voorbije week is door onze mensen, de VMM, de waterweg, de brandweer, en de diensten van de buurgemeenten hard gewerkt om bijkomende ellende te vermijden.
Dat is misschien geen zichtbaar werk, maar het is levensnoodzakelijk. De meest succesvolle interventies zijn die waarmee leed kan voorkomen worden.
Ik wil dan ook alle diensten danken voor hun professionalisme en onvermoeibare inzet.
Een bijzonder woord van dank ook voor de gemeenten en de inwoners van gemeenten die stroomopwaarts liggen aan de Demer: ook in Testelt, Zichem, Diest en Halen was er veel waterellende.
Maar tegelijk was de solidariteit groot.
Dat stellen we op prijs en we willen jullie zeggen dat jullie ook op ons kunnen rekenen.
Beste vrienden,
We slaan bij deze een bladzijde om.
Een bladzijde van crisis – een jaar waarin we op de proef zijn gesteld.
Maar tegelijk is er plaats voor hoop en veerkracht.
Onze kracht en ons optimisme zijn sterker dan eerder welke tegenslag.
Samen geraken we opnieuw vooruit en krijgen we onze vrijheid terug.
Wat geldt voor ons land, geldt ook voor Aarschot en al onze deelgemeenten :
Eendracht maakt macht!
Ik wens u een fijne nationale feestdag.
Gwendolyn Rutten
21 juli 2021